Is er weer eens maatschappelijke opwinding, dan is het soms interessanter te onderzoeken wat je erover niet in de media hoort, dan je aandacht te schenken aan al het geschreeuw en getouwtrek, dat via de sensatiezoekend betaalde pers aan de oppervlakte komt. Net als in de voormalige Sowjet-Unie leren we door al het gekrakeel tussen de regels te lezen, vermoeden we dat er nog een andere werkelijkheid bestaat en speculeren we af en toe – bij gebrek aan “wetenschappelijk bewijs”.

In het stikstofdebat speelt er ook zoiets. Het lijkt een onderwerp waar grof geld mee gemoeid is en dus is “stikstof” (N= 78% van lucht, NH3 NOx, N2O, …) voor Libertair Perspectief niet te vies om er eens de schijnwerper op te zetten. Dan ontwaar je toch een een diffuus gevecht achter vele nevelen. Vergeet even het absurde gesteggel over de stikstofdepositie die bij de grens met Duitsland ineens lijken op te houden. Vergeet even al die micro- en kilogrammen, al die cijfermatige modellen met hun afwegingen van rijke en arme voedingsgronden, van uitstoot en opname van voedingsstoffen voor planten. Vergeet ook maar even voor het gemak de absurditeit van de argumenten, waarmee de overheid hier haar “beleid” wil doordrijven. Vergeet vooral de gevreesde woekerende inheemse brandnetels en bramen. Daar gaat het bij de grote spelers helemaal niet om. 
Het is volkomen logisch dat absurditeit, dubbelzinnigheid en schimmigheid de wildste speculaties losmaken. Ja, vergeet toch ook maar het vermoeden dat de overheid bewust een voedselcrisis zou willen veroorzaken om van de burger een willig speelballetje te maken. Misschien heeft dit ook niet veel te maken met de ‘Great Reset’ van het WEF. De schepping van het stikstofprobleem lijkt toch meer op een zuiver Nederlandse aangelegenheid.

Onze stelling is dat er iets veel banalers aan de hand is.

Om het “stikstofprobleem” te doorzien is een geheel andere kaart van belang dan de stikstof-depositiekaart. De kaart van de grondprijzen. Het gaat uiteindelijk om woekerwinsten op grondhandel.
De prijs van landbouwgrond ligt in Nederland zo om en nabij de 70’000 Euro. Per hectare wel te verstaan, per tienduizend vierkante meter dus. 7 Euro per vierkante meter, per centiare (ca) in notaristermen. Een ander idee van “de prijs van grond” vind je in het kaartje hierboven uit 2011. Dat kaartje staat in een artikel dat ten behoeve van gemeentebestuurders werd geschreven. We zien een prijs spanne variërend tussen de 0 en 3500 Euro. 7 Euro staat dicht bij de nul. Deze prijzen worden niet voor een hectare betaald, maar voor een vierkante meter. Per hectare – om de “grondprijs” even te vergelijken met landbouwgrond – praten we dan over een orde van grootte van 0 tot 35 miljoen Euro. Het gaat hier om gemiddelden, en in de bebouwde kom zien we al gauw prijzen tussen 250 en 1000 Euro per vierkante meter. Voor bouwgrond. Maak je van landbouwgrond bouwgrond, dan zitten er per hectare miljoenenmarges in. Welke boer zou niet subiet en zonder protest zijn grond verkopen als hij dat soort winsten op zijn grond kon maken?

De uiteindelijke prijs van bouwgrond is een “politicum” van de eerste orde, en dat varieert, afhankelijk ervan wie het “mag” kopen, en van wie er het meest voor kan betalen. Een stikstofprobleem is nuttig als voorwendsel om landbouwgrond te gaan onteigenen en de woningnood komt als geroepen als voorwendsel om daar dan bouwgrond van te maken. En als “de bouw” vanwege “stikstof” wordt stilgezet, dan speel je de bouwbranche tegen de boerenbranche uit. Als er te weinig woningen zijn is de schuldige snel gevonden: immigranten, vluchtelingen, asiel zoekenden. Waarom blijft de overheid eigenlijk buiten schot?

De Nederlandse regering speelt hier een vies spel door hele branches tegen elkaar op te zetten en vervolgens rustig toe te kijken hoe mensen tot het uiterste gedreven worden. De regering, met haar extreemste exponent: de ondraaglijke Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, schuwt het niet om “populistisch rechts” tegen immigranten op te hitsen en de bouwwereld tegen boeren op te zetten met het schijnargument dat beiden elkaar hinderen. Een strategie, gericht op het verdelen van en heersen over de maatschappij. Ten koste van de vriendschappelijke samenhang in de maatschappij.

De overheid heeft via het vergunningstelsel alle sleutels in handen om van 70’000 Euro per hectare enkele, soms wel tientallen miljoenen Euros te maken. Als een boer “in het algemeen belang” onteigend wordt, wie krijgt dan de controle over die grond? Juist. De overheid. Jawel. En wat is de “schadeloosstelling” voor die boer? Jawel. Schamel.

De overheid gaat met de winst strijken. Om het gezicht te bewaren worden alle registers van de “Ruimtelijke Ordening” uit de kast getrokken. Ze hebben een instrumentarium van procedures, plannen en processen waar je “u” tegen zegt. Je moet volslagen planoloog en stedenbouwkundige zijn om alle regels en procedures te doorgronden. Heb je eenmaal het begeerde diploma, dan vinden de nieuwe weledelgestrenge en weledelzeergeleerde interessante loopbanen bij de diverse geledingen van de overheid en bij de volledig van de overheid afhankelijke planologie- en ingenieursbureaus. Voor de dapperste onder hen bestaan er banen bij “het bedrijfsleven”: de commerciële aannemers van infrastructuur die de voormalige landbouwgronden “bouwrijp” maken. Met z’n allen doen ze dan hun uiterste best om de overheid weer een poot uit te trekken, zodat ze tenminste een deel van de belastingen die ze zelf betalen, weer van de overheid terugpakken. In dat spanningsveld van pakken en gepakt worden is het de taak van diezelfde overheid om de opgehaalde fondsen gereguleerd en gecontroleerd uit te geven. Dus worden er aanbestedingsregels opgesteld. De partners van de overheid en van de semi-overheden moeten daarbij vooral deugen. De prijs is slechts één van de selectiecriteria. Planologen, stedenbouwkundigen, architecten en aannemers “zonder QR-code” komen er niet in, om de spelregels maar op een simpele wijze duidelijk te maken.

De overheid is in Nederland de belangrijkste speler in de grondhandel en ook de belangrijkste profijttrekker ervan. Dat profijt wordt toebedeeld aan de herverdelers en hun helpers. Niks aan de hand toch? Het is allemaal in het Algemeen Belang, toch?

De oorlog, die het kabinet Rutte IV tegen de boerenstand voert gaat om grof geld. Het gaat erom dat de overheid haar monopoliepositie misbruikt en daarbij schijnargumenten niet schuwt. Het gaat om de ondersteuning van de regenten- en bestuurderklasse van gemeenten en provincies die geldmiddelen binnenhalen, die hun begrotingen “rond” krijgen zodat de zittende CDA-, VVD-, D66 en PvdA-politici van het uur hun beloftes aan de kiezers kunnen waarmaken. Een fietspad hier, een natuurgebiedje daar, een speeltuin en een zwembad voor de allerarmsten. Types, die via hun machtspositie een financierende rol mogen spelen. Die met gezag de grote jongens mogen beleren, die de ontwikkelaars van infrastructuur hun projecten gunnen, die de grote bureaus van ingenieurs en stedebouwkundigen voor hun stokpaardjes gebruiken. Het zijn adviseurs die voor 100% van overheidsopdrachten leven, die weten “hoe haas hupt” en hun opdrachtgevers graag voorspiegelen hoe populair ze wel zijn. Ambtenaren die met de grote projectontwikkelaars en met de grote bouwaannemers contracten sluiten waarbij ze hun eigen voorwaarden kunnen dicteren. Beëdigde gemeente-, provincie- en ministeriële functionarissen die hun plaats mogen innemen aan de tafel van de kaste van hoogopgeleide, goedbetaalde experts.

En die hoogopgeleide bevolkingsgroep wil nu graag gaan spelen met de weilanden, de stallen en de akkers van boerenfamilies, die hun grond soms al eeuwenlang in bezit hebben. Sommige van die boeren zouden hun land best wel voor een faire prijs willen verkopen, maar niet voor 70’000 Euros per hectare … Ze zouden erg graag de beslissing zelf kunnen nemen of ze een aanbod aannemen of afslaan.

Overigens bestaat een nulwaarde van grond ook. Dat is vaak de aankoopprijs van grond waar de overheid haar eigen gebouwen en infrastructuur neerzet. En vooral de prijs van de grond voor zogenaamde “maatschappelijke” gebouwen. Gebouwen van overheden en semi-overheden, waar soms meer waarde wordt vernietigd dan toegevoegd. Zulke grond heeft in feite een negatieve waarde. Die grond is dan inderdaad nog minder waard dan weilanden waarop boeren hun koeien laten grazen..

Beste lezers: libertariërs en vrienden van het libertarisme. Laten we grondhandel alsjeblieft overlaten aan de vrije markt en laten we alsjeblieft de overheid – stap voor stap – zoveel mogelijk uit die markt verwijderen. 
Sturen we al die “möchtegerne” ontwikkelambtenaren de boeren-, burger- en bedrijfswereld in. Een betere illustratie voor de verstorende invloed van overheidsbemoeienis dan in de grondhandel is er bijna niet te vinden. Lezers die terugtrekking van de overheid uit grondhandel onrealistisch vinden zouden best een kijkje kunnen gaan nemen in Zwitserland. Daar behoren veel ex-boeren tot de meest welgestelde burgers. EIgendom is daar nog eigendom en wat gemeentes en kantons doen wordt door burgers nauwlettend gecontroleerd.

Maar toch, een simpel rekensommetje maakt de vraagtekens rondom de actuele discussie alleen maar groter. In een dorpssetting kun je 25 tot 35 woningen per hectare bouwen. In steden kan dit tot wel 100 woningen per hectare oplopen. De regering spreekt over 1 miljoen woningen. Daar zouden dan zo’n 10’000 tot 40’000 hectaren land voor nodig zijn. Gaan we uit van een lage woningdichtheid, en zoek je 40’000 hectaren land, dan is dit ongeveer 2% van de actuele landbouwgrond in Nederland (2,2 miljoen ha). Dat rechtvaardigt niet dat de veestapel gehalveerd zou moeten worden. Zou je voor de nodige grondaankoop 25 miljard Euro willen reserveren, dan kom je op een gemiddelde “vergoeding” van 625’000 Euro per hectare. Daar zouden veel boeren best wel mee akkoord gaan. We vermoeden dus dat er heel wat andere zaken aan de hand zijn. De vraag is waaraan de overheid dan al dat onder dwang afgeperste geld wil uitgeven? 

Mogen we de conclusie trekken dat de overheid veel teveel geld ophaalt en allerlei obscure wegen zoekt om dit geld uit te geven?

Vanuit libertair perspectief moeten we wat betreft een dreigende onteigening achter de boeren staan. Niet om het emotionele feit dat ze zielig zouden zijn, maar omdat voor libertariërs het eigendomsrecht deel is van de individuele zelfbestemming. Ondanks het feit dat veel boeren wel altijd de landbouwsubsidies graag ontvingen. De boeren in Nederland die door de overheid nu bedreigd worden met onteigening hebben het goed recht zich tegen deze agressie te verdedigen. 
En zelfs wanneer het lijkt dat het belang van een grote groep groter is dan het belang van enkelen, dan nog zul je moeten onderhandelen als gelijken. De dictatuur van de meerderheid mag de belangen van een minderheid of enkeling niet onder de voet lopen.

En dat is precies waarom het nodig is om de Libertaire Partij te ondersteunen. 

Aanbevolen artikelen en podcasts over stikstof en boerenbedrijf:


Nederland op 8ste plek van vrijste economieën

Ieder jaar brengt The Heritage Foundation een lijst van vrijste economieën uit. De Index of Economic Freedom. Bij ieder land wordt ook een rapport geschreven. De score komt voort uit een aantal vaste gegevens. Er wordt een score van 0 tot 100 gegeven. Op nummer 1 staat Singapore met een score van 84.4.

Nederland staat in 2022, ondanks alles, op een 8ste plek. Met een score van 79,5. Dat is 2.7 punten hoger dan vorig jaar. Nederland scoort volgens de index ongelooflijk hoog op eigendomsrechten, overheidsintegriteit en juridische zekerheid/effectiviteit. Wel geeft het rapport aan dat Nederland ontzettend slecht scoort op het punt van belastingdruk en op overheidsuitgaven (veel overheidsbemoeienis in de economie).

De top-3 (respectievelijk Singapore, Zwitserland en Ierland) hebben allemaal één ding gemeen. Ze scoren vele malen beter dan Nederland op het punt van belastingdruk en minder overheidsuitgaven. De LP staat voor zowel minder overheidsuitgaven en minder overheidsbemoeienis én voor een lagere belastingdruk. Dus voor een vrijere economie.
De lijst en index is hier te vinden: Country Rankings: World & Global Economy Rankings on Economic Freedom (heritage.org)